Hier zijn we weer: een nieuw jaar, beste wensen, goede voornemens of gewoon een dikke ‘oef’… de feesten, en vooral 2020, zijn voorbij, tijd voor ander en beter. Maar zolang het nog somber blijft in het nieuws van deze januari, hier iets voor de gezondheid en de goede moed.
Ik maak al jaren dit recept van Rick Stein, mijn held in reizen rond de wereld en het vinden van verborgen lokale restaurantjes. In zijn boek ‘Far Eastern Odyssey’ schrijft hij over Nasi Goreng of Indonesische gebakken rijst… een recept dat hij in Bali is tegengekomen. Het was het eerste recept dat ik uit zijn boek gemaakt heb, omdat het me herinnerde aan reizen met mijn ouders; denk aan begin jaren tachtig, zelfgebouwde mobilhome, kamperen in het wild, flipflops, sponsachtige shortjes en ja hoor, kant-en-klare Nasi uit blik. Niet echt lekker, ook niet gezond, maar who cared? 😉 Het waren fantastische reizen. Nu zijn we wat bewuster, reizen kan even niet, dus hier uit nostalgie, voor thuis, de echte versie, vol smaak en vol vitamientjes 😊.
In Bali eten ze dit als ontbijt blijkbaar, met een gebakken ei erop. Maar ik heb er mijn eigen versie van gemaakt, als avondeten, met varkensfilet. We beginnen met de spice paste, die ik in een vijzel maak. Maar een kleine blender kan dit ook wel aan, ookal verlies je een beetje aan smaak en textuur.
Je start met 1 citroengrasstengel, 1 sjalot, een duim gember, evenveel look en 2 verse rode pikante chilis – vooraf in stukjes gehakt. En stampen maar. Dan gaan er 5 zwarte peperkorrels in, een mespunt nootmuskaat, 5 cashew noten, een lepeltje sesamzaad, een half lepeltje kurkumapoeder, evenveel palmsuiker, en een mespunt zout. Blijven stampen. Als laatste een grote lepel zonnebloemolie en een beetje limoensap totdat het een stevige massa is. Dit is goed voor een goedgevulde grote pan Nasi.
Let op met de chilis, beslis zelf hoe pikant je het wil, Rick doet er 2 rode medium pikante chilis in en dan nog eens 3 birds-eye chilis. Voor mij net iets te veel, maar voor wie wil… go wild! 😉
De paste is 3 maanden goed in de frigo… beslis gerust zelf hoeveel je ervan gebruikt, maar ik gebruik deze hoeveelheid helemaal. Zet opzij en marineer het vlees. Ik neem hiervoor een diepvrieszak met sluiting, doe de varkensfilet erin, met een plak gember (in stukjes gehakt), 2 eetlepels lichte sojasaus en 2 eetlepels kecap manis (of zoete sojasaus). Dan nog enkele druppels sesamolie, en voor wie wil, een beetje look en gedroogde chilipeper of chili-olie. Zak dicht, even goed masseren en opzij leggen.
Dan kook je een potje basmati rijst. Ik neem een koffietas rijst, schep deze over in een zeef, en was de rijst onder koud water totdat het water er langs onder helder uitkomt. Rijst in pan met dikke bodem, beetje zout en iets minder dan 2 tassen water. Pan toegedekt op klein vuur. Als het water begint te borrelen, roer je de rijst 1 keer om, deksel er terug op, vuur zo laag mogelijk, en timer op 7 minuten. Het vuur moet echt miniem zijn, want dit kookt snel over of brandt aan. Na 7 minuten zet je het vuur af, en laat je de rijst (zonder te piepen 😉) rusten.
De groentjes: ik heb prinsessenboontjes al dente gekookt en in stukjes gesneden, maar je kan ook diepvrieserwtjes nemen. Dan snij je nog een wortel in blokjes en enkele stelen pijpajuin in plakjes. Hou het allemaal binnen handbereik, want nu gaat het snel.
Neem een wok of pan en doe als volgt: zonnebloemolie erin, de filet, toeschroeien, filet eruit en in oven doen op 100°C – hou de marinade bij voor straks. In dezelfde pan, weer een beetje olie, dan de wortelblokjes, even roeren, de spice paste, roeren, een lepel geconcentreerde tomatenpuree, evenveel kecap manis, roeren, dan de rijst erbij, de boontjes of erwtjes, roeren, nog een lepel soja saus en de pijpajuin, blijven roeren, ik doe er dan nog graag een klein potje gepelde verse garnaaltjes in, roeren, en als je het vuur al hebt afgezet, doe je er nog in blokjes gesneden komkommer aan toe. Klaar! 😊
Zet de pan even opzij en hou warm. Ondertussen doe je de marinade van het vlees in een pannetje en laat je het even doorkoken. Deze glazuur doe je dan af en toe over het vlees naarmate het gaar wordt. Als je rijst al klaar is, kan je de oven iets hoger zetten, zodat het sneller gaat. Eens het vlees stevig aanvoelt, haal je het eruit. Snij in plakjes, overgiet met de rest van de glazuur en serveer met de rijst.
Alles tesamen is het best wat werk, maar uiteindelijk krijg je een geurend bord vol kleurrijke warmte! Geniet ervan! 😊
Liefs,
Martha
Reactie plaatsen
Reacties